Samen met tekstschrijver Eric Mijnster bezocht ik Algarve voor een fiets-reisverslag. Ik kan deze prachtige streek iedereen aanraden. Je kunt er prachtig fietsen, genieten van de heerlijke temperatuur en het is nog goedkoop ook ! Wat wil een mens nog meer.
( tekst : Eric Mijnster ) Tik ‘Algarve’ in op Google en je vindt niets dan arrangementen voor ultieme zon, zee en strandvakanties. All-inclusive, uitzicht op de oceaan, met een golfbaan in de achtertuin, voorzien van health & spa centra; de mogelijkheden om de dagelijkse hectiek tijdelijk te vergeten zijn er ongelimiteerd. Ook de afbeeldingen die door de zoekmachine worden weergegeven zien er veelbelovend uit. De woeste kustlijn wordt regelmatig onderbroken door idyllische zandstranden die ogenschijnlijk garant staan voor een ongekend ontspannen periode in het buitenland. Het geaccidenteerde terrein ziet er eveneens ideaal uit voor tochten op twee wielen, maar een fiets komt niet voor in de zoekresultaten. Waarom niet? Geen idee, want het is er heerlijk trappen.
FILMISCH
De Algarve is de zuidelijkste provincie van Portugal en grenst voor de helft aan de Atlantische Oceaan. Dat is tevens zijn meest kenmerkende eigenschap. Met badplaatsen als Albufeira, Portimão en Lagos doet de streek het goed bij toeristen. Zo goed zelfs, dat vakantiegangers al decennia lang de belangrijkste bron van inkomsten vormen voor de inheemse bevolking. Hoewel de overweldigende natuur daar in de loop der tijd deels voor moest wijken, is het pracht en praal dat gehele volksstammen naar deze kustlijnen drijft verre van verdwenen. Met name de westkust bestaat nog steeds uit plekken waarvan de schoonheid nauwelijks te bevatten is.
“Knijp me eens, hard,” mompelde ik beduusd tegen fotograaf Wouter Roosenboom toen ik na een adembenemende afdaling een miljoenenset van een Hollywoodfilm op leek te rollen. Zachte zonnestralen streelden een afgelegen baai zo liefelijk dat mijn doorgaans zo chaotische bovenkamer op het ritme van de golven overspoeld werd met het gelukshormoon endorfine. In één oogopslag was ik al mijn gedachten kwijt. Ik wist niets meer, alleen dat dit de locatie moest zijn waar het gezegde ‘ik geloof mijn ogen niet’ ooit voor het eerst gebruikt is. Wouter stond een halve meter links van me. Hij kneep me niet. Hij was zelf net zo flabbergasted als ik en vergat zelfs bijna om de onbeschrijflijke scène vast te leggen op beeld.
Praia do Castelejo is een oase van zand omringd door ongerepte rotspartijen. De combinatie van uitersten maakt de plek tot bovenaards. Toch is het strand niet uniek. Deze regio van Portugal loopt namelijk over van dit soort parels. En met het strakke asfalt dat aangelegd is voor eenieder die zin heeft om intens van het leven te genieten, kunnen ook wielrenners op dit soort indrukwekkende oorden belanden. Sinds mijn bezoek aan de Algarve grijp ik regelmatig terug naar het fotomateriaal van die dag en staar ik minutenlang naar de fietser die er telkens op te zien is. Inmiddels begin ik mondjesmaat te beseffen dat ik daar ben geweest.
OPTIMAAL ONTSPANNEN
Maar wielrennen doe je niet op het strand. Daarom rolde ik het achterland in, dat overigens net zo golft als de oceaan. En het is er net zo rustig als de oceaan. Je hoeft er geen moeite te doen om motorvoertuigen te vermijden en dat maakt het binnenland even zo sereen als de waterkant. Zelfs op de drukkere wegen hebben de locals nog nooit een file gezien. Vanaf de kustplaats Monte Gordo zette ik koers naar het noorden en na nog geen tiental minuten op een ‘drukke weg’ raakte ik verzeild in een onbewogen omgeving. Het is dat er een weg lag, anders had ik gedacht dat ik de eerste mens was die daar ooit was geweest.
Toen ik plotsklaps bij de stuwdam van het gehucht Beliche aankwam, werd ik toch even nerveus. Een landgenoot die al jaren in deze streek overwinterde, had me bij aanvang van mijn ronde verteld dat ik daar op het punt stond de absolute kuitenbijter van de streek te trotseren. Ik haalde diep adem en besloot het oplopende asfalt zonder vertwijfeling te bestormen. Daar ging ik, op de pedalen. Enkele honderden meters verderop parkeerde ik mijn fiets resoluut in de berm en keek ik gedesillusioneerd achterom. Dat een straat met twee bandlengtes van 14% stijging tot onbetwiste scherprechter van het gebied wordt gerekend, is alleszeggend. Wie zich niet wil inspannen, kan hier volledig ontspannen. Ook op twee wielen.
Hoewel de Nederlandse man op leeftijd me de stuipen op het lijf had gejaagd met een ongekend sympathieke heuvel, kon ik ‘m enkel gelijk geven over zijn keuze om van november tot en met maart in de Algarve te verblijven. De gemiddelde temperatuur ligt in die periode namelijk tussen de 15°C en 20°C en dat is doorgaans beter vertoeven dan in eigen land. Inmiddels is dat kwartje niet alleen gevallen bij een horde senioren, maar ook bij tal van atleten. Door het zachte klimaat in de wintermaanden ademt de provincie sport. Van hardlopers tot snelwandelaars en van wielrenners tot reizigers op een trekkingfiets: je komt er van alles tegen.